Terug naar de Middeleeuwen

COLUMN: TUSSEN BERG EN BOS

Het is wat hè, de dreigende taal die minister Timmermans van Buitenlandse Zaken onlangs uitsloeg aan het adres van Rusland vanwege het conflict in de Oekraïne. Poeh, dat maakt wel indruk. Reken maar dat het angstzweet Poetin aan alle kanten uitbrak bij die krachtige woorden van Frans. Die arme Vladimir zal inmiddels al heel wat slapeloze nachten hebben gehad bij de gedachte aan de hem in het vooruitzicht gestelde sancties. Frans bracht het zo overtuigend dat je hem bijna serieus gaat nemen.
Ja, ja, niet alleen op het Eurovisie Songfestival geven we de toon aan, ook in politiek Brussel praat Nederland graag met de grote jongens mee. In eigen land maakt het regime Rutte iedereen monddood en trapt het met name de sociaal zwakkeren steeds dieper de shit in, in Europa blijven we als braafste jongetje van de klas vrolijk voor de muziek uitlopen en voor sinterklaas spelen. Zelfs tot diep in Eritrea is die wetenschap inmiddels doorgedrongen. Die arme sloebers komen sinds kort ook in steeds grotere getale af op de melk en honing die hier gratis af te halen is. Hoe meer zielen hoe meer vreugd. Eerlijk zullen we alles delen. 
Het gedrocht Europa trekt van alles aan. De ellende die de EU over ons hele continent verspreidt, valt met geen pen te beschrijven. Mensen voor dom verkopen, is al die sprekende etalagepoppen in Brussel en Den Haag prima toevertrouwd. Het ongeëvenaarde succes van onze Europese eenheidsmunt voelen we allemaal in onze portemonnee. Ja, ja. Wie dicht bij de grens woont gooit niet voor niets in het buitenland zijn tank en zijn boodschappenkarretje vol.  Je mag toch aannemen dat die driekwart van de Nederlanders die geen vertrouwen heeft in het Europese parlement z’n onvrede toch wel ergens op baseert. 
Deze scepsis weerhoudt de hele kleffe Haagse kliek er nochtans niet van om slaafs achter de Godfathers in Brussel aan te blijven lopen, de jongeheer Rutte en zijn trouwe vazal Dijsselbloem voorop. Als zijn ambtstermijn erop zit en hij van Nederland definitief een Derde Wereldland heeft gemaakt, ligt er vast en zeker wel een mooi baantje in Brussel in het verschiet voor onze bevlogen minister-president. Vergeet daarom donderdag vooral niet uw stem uit te brengen. Los van dat het uw burgerplicht schijnt te zijn, kan onze grote leider er vroeg of laat goede sier mee maken bij zijn sollicitatie.
Ik heb niet zo’n hoge pet op van onze volksvertegenwoordigers. Op het Binnenhof onderscheiden ze zich slechts in twee dingen: vooroverbuigen voor de opperbazen in Brussel en afgeven op Geert Wilders. Zichzelf een spiegel voorhouden en zich afvragen waarom steeds meer landgenoten Wilders’ populistische prietpraat voor zoete koek slikken, komt niet in hun gedachten op. Het ligt altijd aan anderen. Je zou haast betreuren dat in ons land geen Russische minderheid leeft die met steun van de grote baas in Moskou orde op zaken stelt. 
De kreet ‘Eigen volk eerst’ heeft een niet al te frisse klank. Vandaar dat ik er wellicht beter aan doe om niets te schrijven over al die modelburgers uit Oost-Europa, die zich zo goed thuis voelen in Nederland. Ik kijk wel uit, straks ervaart iemand het nog als niet helemaal politiek correct wat ik beweer. Ik pas ervoor om het verwijt te krijgen dat ik die harde werkers discrimineer. Al vraag ik me oprecht af wie nou eigenlijk gediscrimineerd wordt. Het leven was in Nederland zo slecht niet toen een ijzeren gordijn Europa in tweeën scheidde. Daarom geen kwaad woord over al die voorbeeldige Polen, Roemenen en Bulgaren die het hun door de EU toegekende recht op een uitkering hier ten gelde komen maken, medische hulp krijgen zonder premies te betalen, de verkeersveiligheid in gevaar brengen en de toch al zo krappe woningmarkt  nóg verder onder druk zetten. Niemand zal mij ooit horen zeggen dat die brave mensen geen onbekommerd leven verdienen. Ik zou niet durven. Sterker nog, ik geef ze geen ongelijk. Wie zou alle vette worsten die hij krijgt voorgehouden nou niet gulzig verorberen? Dat zouden u en ik evenmin nalaten wanneer we ze op een presenteerblaadje vanuit Brussel voorgehouden kregen. De hemeltergende verspilling van gemeenschapsgeld kent geen grenzen.
Máár – op voorhand mijn welgemeende excuses voor enkele kleine kritische kanttekeningen die ik waag te plaatsen – wie controleert nou of al die brave Oost-Europeanen die in Nederland ongegeneerd hun handje op komen houden in hun eigen land bezittingen hebben? Moeten zij niet eerst al hun eigendommen ‘opeten’, zoals Nederlanders? En hoe zit het met hun plicht iets terug te doen voor de maatschappij waar zij zo gretig van profiteren alvorens zij hun welverdiende recht op een uitkering opeisen? 
Nee, het valt anno 2014 niet mee een Nederlands paspoort te hebben. Je mag je in je eigen land op alle mogelijke manieren laten uitkleden. En maar boetes betalen, hè! Het regime van die goedlachse VVD’er laat de burger bloeden voor het eigen onvermogen om de economische crisis op te lossen.  Werkzoekenden die de onbegrijpelijke instructies van het UWV niet goed opvolgen, krijgen torenhoge boetes. Wie zijn zorgpremie niet meer kan betalen, moet eraan geloven. Wie twee kilometer harder rijdt dan de toegestane snelheid, mag diep in de buidel te tasten. Inwonende uitkeringsgerechtigden worden zonder mededogen gekort. Het houdt maar niet op. Met goedkeuring van hun toezichthouders in Brussel duwen Rutte en Dijsselbloem steeds meer Nederlanders almaar dieper het drijfzand in, tot steeds verder onder de armoedegrens. 
Van een stem uitbrengen op zakkenvullers in het Europese Parlement wordt niemand beter. Eerder het tegenovergestelde. Het recente verleden bewijst wel hoe Brussel ons van alles letterlijk en figuurlijk door de strot duwt. De schaamteloze wijze waarop dat gebeurt durven ze in al hun hoogmoed nog democratisch te noemen ook. Gevoel voor humor kan ze in elk geval niet ontzegd worden.
Nee, laat onze afgevaardigden in het Europese parlement maar schuiven. Onze geliefde EU biedt iedereen fantastische vooruitzichten. Gezellig samen terug naar de Middeleeuwen! Leve Europa! 
RK
Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen